Berichten   

Hoezo de titel Operatie Ooievaar?

De titel van ons boek roept de vraag op hoe wij aan deze titel komen.  

Het plan van de Duitsers in 1944 om een deel van de Betuwe onder water te zetten noemden zij "Operation Storch", hetgeen letterlijk vertaald "Operatie Ooievaar" betekent. Daarnaast waren de ontwikkelingen in het laatste oorlogsjaar in de familie Van Oort ook aanleiding om deze titel te gebruiken. Hoe dat precies zit? Dan moet je het boek maar lezen! 

En tenslotte is het opvallend dat de ooievaar in de beschreven periode opvallend vaak zijn komst heeft aangekondigd. Het was in de lucht niet alleen druk met vliegtuigen en V-1's maar ook met ooievaars. 

Drie redenen dus om deze titel te kiezen. 

Op de radio

Op donderdag 1 oktober werden we geïnterviewd op Radio Gelderland bij "Op de koffie met Rob Kleijs"" tussen 10 en 11 uur.

Het interview is terug te luisteren op www.omroepgelderland.nl bij gemist/radio, Op de koffie uur 2.

Onze ambassadeur in Eck en Wiel

Vanaf het moment dat wij het concept van ons boek gereed hadden hebben we het geluk gehad dat we direct een zeer enthousiaste fan hebben ontmoet in Willem van Doorn. Hij heeft ons zeker extra gemotiveerd om het boek uit te geven. Hij heeft ervoor gezorgd dat het boek bekendheid kreeg via Facebook en dat het op verschillende plaatsen te koop is. Wij zijn hem zeer veel dank verschuldigd voor alle energie die hij erin heeft gestopt. En nog, elke keer als we hem spreken komt hij met enthousiaste verhalen over wie hij nu weer over het boek gesproken heeft. En volgens ons kent hij echt iedereen in Eck en Wiel.

We kregen van Finette van der Heide uit Amsterdam deze bijzondere reactie:

 

Beste Ad,

 

Dank voor het boek, ik heb het in één adem uitgelezen! Wat hebben ze een ontzettend moeilijke tijd gehad en wat schrijven ze daar nuchter over.

Mijn moeder wordt er een paar keer in genoemd, dat vond ik best aangrijpend.

 

Op blz 37 is er sprake van juffrouw Verbrugh in De Gaard, dat is dus de vrouw die het albumpje heeft gemaakt. Later, vanaf blz 69 wordt er verteld over het noodziekenhuis, eerst met 17 maar later met steeds meer patiënten.

 

Dit is wat ik weet:

Mijn opa was sinds 1921 dorpsarts in Lienden. Hij was joods, maar ik weet niet of dat bekend was, hij heeft nooit een ster gedragen en hij had een vervalst persoonsbewijs. In de oorlog mocht hij niet meer werken, dus blijkbaar wist de gemeente er wel van. Hij werd toen vervangen door een jonge arts, dr. Van Noort. Toen de Betuwe onder water stond en er veel infectieziekten heersten hebben ze een noodhospitaal ingericht, mijn opa, mijn moeder en mijn tante (mijn moeder en - aangetrouwde - tante waren allebei ook arts, mijn moeder was halfjoods en ook gemengd joden mochten niet werken), ik denk in samenwerking met dokter Van Noort. Ze zijn daarvoor een keer opgepakt, in ieder geval mijn opa en mijn moeder (of mijn tante erbij was weet ik niet) en hebben een nacht gevangen gezeten. Het verhaal gaat dat dat heel spannend was omdat mijn opa niet alleen zijn vervalste maar ook zijn officiële persoonsbewijs, waar een J op stond, bij zich had. Gelukkig pakte hij het veilige papier uit zijn zak. De Duitser die het controleerde zei

vervolgens: "O, Wessel, ein guter Deutsche Name.", vanwege het Horst Wessellied, waar mijn familieleden uiteraard een enorme hekel aan hadden.

Mijn tante, mijn moeder en Van Noort liepen alle drie TBC op en diphterie en Van Noort is daar in 1946 aan overleden, ik geloof dat zijn kinderen ook zijn overleden, het was in ieder geval een groot verdriet.

Ook mijn oma is een jaar na de oorlog overleden, waarschijnlijk door alle stress en uitputting. Mijn opa heeft vervolgens nog tot 1950 als dorpsarts gewerkt. Voor mijn moeder was de oorlog door alle rechteloosheid enz een groot trauma en ze heeft er nooit veel over verteld. Ze had een litteken op haar arm van een V1 ontploffing en er zaten kogelgaten in het huis van mijn opa, dus wij wisten wel dat er veel gebeurd is in de Betuwe.

 

Mijn moeder wordt genoemd op blz 82, "die dochter van dokter Wessel, die is dokteres" en ook nog op blz 92 "Cor Wessel, maar die werd overgeplaatst naar Ingen". Volgens mij werkten mijn opa en zijn dochters vrijwillig, dus onbetaald, want ze mochten eigenlijk niet werken. Maar misschien dat ze aan het eind van de oorlog toch weer een gemeentelijke vergoeding kregen, want anders was mijn moeder niet "overgeplaatst". Dan was er misschien beter op de borstontsteking van jullie tante gelet...